De foil, ook wel hydrofoil genoemd, heeft een vergelijkbare werking als de vleugels van een vliegtuig. Door de stroming van water onder de vleugels van de foil, wordt een liftkracht gegenereerd en stuwt de foil het board naar boven. Op deze manier wordt het board uit het water gelift en kun als het ware boven water vliegen. Wingfoilen is een toegankelijke sport, wat voornamelijk komt door de grote foilvleugels en de grotere boards. Dit zorgt voor meer stabiliteit en veel liftkracht, zodat je zelfs bij lage snelheden makkelijk kunt opstijgen.
Een complete foil bestaat doorgaans uit vier onderdelen: een mast, een fuselage, een voorvleugel en een achtervleugel. De achtervleugel wordt ook vaak ‘stabilisator’ genoemd. Alle onderdelen zijn met schroeven aan elkaar bevestigd. De mast wordt vervolgens middels een plaat bevestigd aan het wingfoil board.
Om een geschikte voorvleugel te kiezen, kijk je naar de totale oppervlakte van de voorvleugel en de hoogte/breedte verhouding. Hoe groter het oppervlak van de voorvleugel, hoe beter de lift. Je hebt minder snelheid nodig om je board te laten stijgen, maar je zult daarna niet veel meer kunnen versnellen. Voorvleugels die in verhouding veel breder en langwerpig zijn, hebben weinig weerstand in het water en kunnen zo makkelijk glijden en versnellen. Dit gaat wel ten koste van de wendbaarheid. Een voorvleugel die in verhouding minder breed en spitser is zorgt voor meer stabiliteit en gemak bij het opstijgen, vooral bij weinig snelheid of wind. Beginners kunnen dus het best kiezen voor een voorvleugel die in verhouding minder breed is en een groot oppervlak heeft (in ieder geval meer dan 1.500cm2). Zo kun je gemakkelijk opstijgen en lig je stabiel in het water.
Als beginner kun je het best beginnen met een kortere mast van 65 tot 80 cm. Een korte mast zorgt namelijk voor stabiliteit, is makkelijk te gebruiken bij minder diep water en zorgt ervoor dat, als je valt, je geen grote val maakt. Zodra je iets behendiger bent geworden, kun je overstappen naar een medium mast van ongeveer 80 tot 90 cm. Met een medium mast sta je hoger boven het water, waardoor je board minder snel het water raakt bij golven of hoge snelheden. Ervaren foilers die zich richten op races kunnen kiezen voor een lange mast van ca. 90 tot 100 cm. Hiermee kun je je kantelhoek vergroten en heb je een betere wind-opwaartse koers.
Een lange fuselage biedt meer stabiliteit bij zowel hoge als lage snelheden. Daarom is een lange fuselage een goede keus voor beginners en racers. Een korte fuselage is veel wendbaarder en daarom een goede keus voor foilers met meer ervaring die houden van freestylen en springen. De achtervleugel wordt ook wel de stabilisator genoemd, omdat deze de foil stabiliseert. Een bredere achtervleugel zorgt voor meer stabiliteit, een kleinere achtervleugel zorgt voor meer wendbaarheid. Beginners kunnen dus het best een bredere achtervleugel kiezen.
Tijdens het wingfoilen kun je hoog de lucht in gaan en veel snelheid maken. Als je valt, kun je een flinke smak maken, ondanks dat je in het water valt. Het dragen van een helm en een impactvest is daarom geen overbodige luxe. Net als een zwemvest zorgt een impactvest ervoor dat je blijft drijven, maar verzacht tevens de klap van de val. Een neopreen wetsuit, neopreenhandschoenen en neopreen surfschoenen zijn tevens fijn om te hebben bij wingfoilen. Niet alleen houdt het neopreen je warm, maar het werkt ook enigszins schokdempend.